Misvormde eikels in het bos
Foto: Wikipedia / B.J. Schoenmakers
Het is je vast niet ontgaan: overal waar eiken staan, vallen de eikels momenteel met een rotvaart naar beneden. Soms kun je nauwelijks over een trottoir of bospad lopen zonder bijna je nek te breken. Wie goed oplet, ziet tussen al die mooie, ovale eikeltjes misschien ook af en toe een lelijk eendje liggen: grote, misvormde joekels waar de originele eikel nauwelijks meer in is te herkennen. Waar komen die eikels met wildgroei eigenlijk vandaan?
Dader
De dader is een piepklein wespje, de knoppergalwesp. Het vrouwtje legt haar eitjes in de eikels van de wintereik of zomereik door haar legboor in het kiertjes tussen eikel en eikeldopje te duwen. De eikel zelf reageert daarop met wildgroei, de zogenaamde knoppergal. Het kleine wespenlarfje groeit daarin veilig op totdat de lente arriveert en er een volwassen galwesp uit het gal groeit.
Plakkerig
De abnormale eikels zien er nu misschien wat bruin uit, maar de knoppergal begon in de zomer glanzend groen en een beetje plakkerig. Die kleefstof is handig, want zo worden eikeleters op afstand gehouden. Pas later in het jaar kleuren de gallen rood en daarna bruin, waarna ze uitdrogen en uit de boom vallen. De galwespen zijn dan trouwens allang vertrokken.
door Steijn van Schie