Briljante planten klopt van alle kanten

Lees, kijk, speel
Briljante planten klopt van alle kanten

De eerste landplant ontstond 450 miljoen jaar geleden terwijl de eerste mens 300.000 jaar geleden pas opkwam: zo ga je nederig het eerste hoofdstuk van Briljante planten geschreven door Geert-Jan Roebers in. Het verbaast je dan ook waarschijnlijk niets dat planten met al die extra jaren op aarde zo ontzettend divers en vindingrijk zijn geworden. Briljante planten laat je in 144 pagina’s het wonderlijke aanpassingsvermogen van planten zien en leert je hoe ze elk hoekje van de aarde bewonen.

 

Briljante planten is opgedeeld in drie delen en duikt na een kort geschiedenislesje al vrij snel de wat moeilijkere materie rondom planten in, zoals fotosynthese. Ondanks de ingewikkeldheid van fotosynthese, kan dit bij een boek over planten uiteraard niet ontbreken. Daarom hebben de auteurs door het toevoegen van illustraties en het vereenvoudigen van de formule (water is er even uitgehaald) dit begrip behapbaar gemaakt. En het is eigenlijk heel cool dat je ook al wat leert over scheikundige processen in de biologie.

 

Het tweede hoofdstuk beslaat het merendeel van het boek en hier worden planten op een handige manier met mensen vergeleken om zo de groene wereld te leren begrijpen. Drinken, plassen, poepen, eten: dat doen planten eigenlijk ook allemaal. Ook zij moeten zich bijvoorbeeld ontdoen van afvalstoffen en dat gebeurt heel handig door gewoon alles wat ze kwijt willen in de blaadjes te stoppen en die dan te laten vallen. Zo lees je dat goudzoekers om deze reden geïnteresseerd zijn in de bladeren van de eucalyptusboom. Die slurpt namelijk met zijn wortels van wel 30 meter soms kleine beetjes goud op en daar kan de boom eigenlijk helemaal niks mee, dus gaat dat goud zo de bladeren in. Op die manier kan de goudzoeker aan de blaadjes zien of er misschien een goudader ondergronds ligt en hoeft hij daar niet voor te boren.

 

Ook alle zintuigen komen langs in kopjes zoals ‘schreeuwende bladeren’, ‘luisterende bloemen’ en ‘gevoelige vingers’. Dat maakt meteen nieuwsgierig: hoe kunnen planten dat allemaal zonder een hoofd met ogen, neus en oren? Samenwerken is altijd fijner dan alleen en dat vinden planten ook. Aan de hand van hele fascinerende voorbeelden leer je de manieren waarop planten bedacht hebben niet alleen te overleven maar zelfs goed te gedijen in de wilde natuur. Bij dit kopje wordt onder andere over de buffelhoornacacia verteld. Die wil liever niet door hongerige insecten gegeten worden en al helemaal niet dat een klimplant hem komt verstikken. Een leger agressieve mieren is vandaar zijn persoonlijke bodyguard geworden en bewaakt meedogenloos de boom tegen alle soorten belagers. In ruil daarvoor biedt de boom ze dankbaar onderdak en maakt speciaal zoet sap en eten om ze fit en tevreden te houden.

 

Daarnaast leer je dat niet alle planten van de samenwerking zijn en dat sommige als overlevingsstrategie heel gemeen kunnen doen. Hier komen ook weer weetjes aanbod die je snel aan anderen wilt doorvertellen omdat de auteurs je hiermee telkens doen laten verwonderen. Wist je namelijk dat de creosootstruik wel 11.000 jaar oud worden? Dat doet hij niet door vrienden te maken maar door zijn buren te vergiftigen voor meer ruimte en water, gemeen maar wel slim.

 

Er wordt je in dit boek dus erg veel bijgebracht en samen met de grote hoeveelheid tekeningen (gemaakt door Margot Westermann) kan dat soms een beetje veel zijn. De drukte op de pagina’s leidt soms wat af, ook omdat de illustraties vrij abstract zijn. Zo zie je niet meteen wat het is, terwijl een begeleidend plaatje juist handig kan zijn om iets beter of sneller te begrijpen. Alhoewel de tekenstijl kleurrijk en grappig is, was een natuurgetrouwe weergave af en toe fijn geweest. Planten zijn namelijk vaak ook al heel mooi, kleurrijk en interessant van zichzelf.

 

Nadat je het boek uit hebt, kan het niet anders dan dat je van mening bent dat bij een vergelijking met mensen planten het op veel vlakken toch echt wel van ons winnen. Het speels geschreven Briljante planten behandelt alle aspecten van de plant op zo een manier dat alles eigenlijk heel logisch lijkt en dat is biologisch gezien niet gek. Zeker omdat dingen als evolutie en aanpassingsvermogen in het verhaal worden meegenomen, klopt het verhaal van alle kanten. Laat je kijk op planten voorgoed veranderen door dit leerzame boek en leer de wonderen die schuilen achter je doodgewone kamerplantje op de vensterbank.

 

Dit boek is geschikt voor kinderen vanaf ongeveer 11 jaar om zelfstandig te lezen. Leerlingen jonger dan 11 jaar kunnen het beter samen in de klas of met hun ouders thuis doorbladeren.

 

Titel: Briljante Planten (over knappe knoppen, boze bollen & ander geniaal groen)

Schrijver: Geert-Jan Roebers en illustrator Margot Westermann

Uitgever: Gottmer

ISBN 978 90 257 7288 8

Hardcover, 144 pagina’s, €19,99

 

 

 

 

foto Marieke Duinhouwer door
Marieke Duinhouwer